TerraLife® correct telen

Een TerraLife® groenbemester geldt als een bodemkuur en vraagt een serieuze teelt. Extra aandacht voor de teelt van de groenbemester verhoogt de opbrengst van het volgende gewas.

Uitzaai

Volg het zaaiadvies van het gekozen mengsel op zowel qua zaaitijd als hoeveelheid. Dan komen alle componenten het best tot hun recht. Het zaaiadvies staat bij elk TerraLife mengsel op deze website. Een goed verkruimeld zaaibed zorgt er voor dat ook de fijnzadige componenten vlot kiemen. Zaai niet dieper dan 2-3 cm. Na een graanoogst is een vlotte zaai gewenst om graanopslag te voorkomen. Als vlotte zaai niet mogelijk is dan de graanopslag verwijderen voor de TerraLife® inzaai.

Bemesting

Zorg voor 40-50 kg N voor de TerraLife® mengsels afhankelijk van het aandeel vlinderbloemigen. Als stro niet wordt afgevoerd dan is een goede verdeling van het stro nodig en wordt de N behoefte met 20 kg verhoogd.

Groei

Bij zeer vroege zaai of onder stressvolle condities, bijvoorbeeld droogte, kunnen een aantal soorten zaad vormen. Meestal wordt dit zaad niet rijp. Toch is aandacht hiervoor gewenst en indien nodig moet een gewas geklepeld of gemaaid worden om te voorkomen dat het zaad rijp wordt.

Onderwerken

Voor een goede activering van het bodemleven is het beter TerraLife® niet groen onder te werken. Als in het najaar wordt geploegd dan is eerst klepelen of schijveneggen aanbevolen, het liefst minimaal twee weken voor het onderwerken. Bij vorst vriezen vrijwel alle componenten dood. Door het gewas in het najaar te rollen met een tanden-wals raken de planten beschadigd en vriezen ze sneller dood. De voeding komt dan geleidelijk vrij voor het bodemleven. In het voorjaar kan dan worden geploegd of kan mulchzaai worden toegepast.

Bekijk onderstaande video met verschillende methodes voor het onderwerken en verkleinen van een groenbemester.